De Ronde van Flevoland

Een tocht voor doorzetters

Tekst: Leen Braber
Foto’s: Jan Derriks, Leen Braber en Jeroen Schimmel

Het rondje Mull in Schotland is opnieuw vanwege corona afgelast. Frustrerend, maar tegelijk uitdagend om iets anders te zoeken ter compensatie. Bij enkele leden van Kv Aquavite ontstaat het idee om de Ronde van Flevoland te varen. Natuurlijk staat de beleving van deze tocht in geen verhouding tot Mull, maar door de ronde van 151 km in drie dagen te varen, is er toch voldoende uitdaging. Vijf leden van Kv Aquavite, Hans, Jan, Jeffrey, Jeroen en Leen starten op zaterdag 10 juli in Almere-Haven.

Er zal twee maal worden overnacht; op één locatie gebeurt dit illegaal op een strandje en één keer overnachten we legaal op een eiland in het Veluwemeer.

Wanneer de volgepakte kajaks te water gelaten worden, geven Jan en Jeffrey aan dat ze wegens ongemakken de ronde mogelijk niet helemaal zullen varen, maar eerder een alternatieve en kortere route zullen kiezen. We spreken af dat we elke twee uur stoppen en dan een pauze van een half uur houden.

Het tempo zit er goed in. Vanwege gebrek aan een goede pauzeplek houden we een drijfpauze bij het begin van Pampushaven. Daarna varen we door naar het gemaal de Blocq van Kuffeler, waar Jan en Jeffrey mede gezien de snelheid waarmee we varen, kiezen voor de Ronde van Almere van 35 km in plaats van de grote ronde.

Gedrieën varen we richting Lelystad, waarbij we bij de vluchthaven aan de Oostvaardersdijk meerdere krooneenden spotten. Er is weinig wind, het is zonnig bij een temperatuur van ruim 22 gr C. In de haven van Lelystad stoppen we voor een pauze, waar we zien dat een complete windmolen op een ponton naar het IJsselmeer wordt verscheept. We bewonderen de exposure van de hurkende man bij het Bataviastrand en passeren het VOC-schip de Batavia, dat nog steeds zonder de bovenste masten aan de kade ligt zoals te zien is op de foto.

Draaikolken in de sluis

We moeten wachten voor de Houtribsluis. Er vaart een enorm vrachtschip de sluis in en wij mogen daar achter aan de sluis in varen. Met enige ongerustheid horen we dat bij het openen van de sluis de motoren van het vrachtschip in werking worden gesteld. Stevig houden we ons vast aan een trap. Wanneer het schip de sluis bijna uit is, blijven de draaikolken ons nog parten spelen. Met beleid varen we voorzichtig de sluis uit en zijn dan op het IJsselmeer. We gaan door naar de Houribhoek, waar wij zullen proberen een kampeerplek te vinden. We vinden een strandje en maken daar onze maaltijden klaar. Pas laat durven wij onze tent op te zetten. Er zou hier toch ergens een legale camping moeten komen, denken we. We hebben dan een afstand van 49,5 km afgelegd.

De nacht blijft rustig en de volgende dag breken we wat laat ons kampement op. We varen richting de Ketelbrug die op ruim 2 km afstand ligt. We zien de drie rijen windmolens die aan de westkant van Urk liggen en begrijpen de woede van de bewoners van Urk, omdat hen hierdoor het vrije uitzicht op open water voor een deel wordt ontnomen. Net na de Ketelbrug ligt een strandje waar we pauze houden. Het weer is gunstig: weinig wind, soms wat nevelig, maar wel droog. We varen door naar Ketelhaven, omdat een van ons vergeten is op de pauzeplek te eten en voldoende eten is met een vaartempo van 8 km per uur toch echt nodig. Het stille Ketelmeer is saai om te varen. Het slibdepot (IJsseloog) is de enige afwisseling. We varen het Vossemeer in, als eerste van de randmeren richting Roggebotsluis. Ik meende stellig dat deze sluis al opgeheven was, maar dat zal gebeuren in een latere fase, waarbij de brug wordt vervangen door een hogere. Enkele kilometers verderop ligt de Reevesluis, die de functie van de Roggebotsluis overneemt. De IJsseldelta is door het Reevediep verbreed. De sluis bestaat uit een schutsluis, een spuisluis en een vistrap. In de toekomst komt er ook een kano-overdraagplaats. Een overgang voor fietsers over de sluisdeur is een week geleden geopend, waardoor het nu druk is en wij lang voor de sluis moeten wachten. Er is niet veel wind en het wordt warm. We hebben behoefte aan rust en nemen die ook op de eerstvolgende mogelijkheid.

Pierland

Dit deel van de ronde is weinig inspirerend. Lichamelijke klachten, zoals zonverbranding, droge lippen, rugpijn, hoofdpijn en andere ongemakken manifesteren zich dan heviger. Een goede pauze doet dan toch ook weer wonderen. We zijn inmiddels in de buurt van Elburg. De gedachte aan een heerlijk ijsje in de hoofdstraat doet mij watertanden, maar we willen graag Pierland halen en daar de tijd nemen om te zwemmen. Inmiddels hebben we de wind tegen en ik kan mij niet meer goed voor de geest halen, welk eiland nu Pierland is. Jeroen herkent de contouren van het eiland in de verte. Ik weet aan de zuidwestzijde een mooie kampeerplek. We trekken de kajaks op de kant en drinken vermoeid maar ook opgelucht een drankje. Het is een lange dag geworden, waarop we, zoals blijkt, een afstand van 56,5 km hebben afgelegd. Er zijn veel ratten op het eiland. De beheerder adviseert ons om alle etenswaar in de bomen te hangen en onze tenten goed af te sluiten. We gaan vroeg slapen.

Weer samen

De volgende ochtend staan we vroeg op en vertrekken een uur eerder dan de dag tevoren. Ook vandaag begint de dag nevelig. Er zal niet veel wind zijn en later op de dag wordt het zonnig. We zien vlak voor Harderwijk twee zwarte zwanen, een soort die ooit uit een privé vogelcollectie ontsnapt is en steeds vaker in Nederland wordt gezien. Het schema om na 2 uur varen een half uur te stoppen, bij elke pauze voldoende te eten en drinken, bevalt ons goed. Ook smeren we ons beter in tegen de zon. Het gaat nu snel en als we de brug van Nijkerk in zicht krijgen en inschatten dat we waarschijnlijk bij het eerstvolgende schutten mee kunnen, neemt onze snelheid nog meer toe. Bij de sluis vragen we aan de wachtende schippers van plezierboten of zij bezwaar hebben dat wij als eersten de sluis ingaan, waarop iedereen aangeeft dat dit verstandig is om te doen. We passeren het naaktstrand en besluiten om net na de Eemhof op een strandje te lunchen. En daar komt Jan ons tegemoet. Hij heeft de ronde van Almere van 35km goed doorstaan en het leek hem leuk om ons tegemoet te varen. Ook wij zijn blij hem weer te zien. We hebben elkaar veel te vertellen. Hij verbaast zich over het forse tempo, waarmee we varen. Net voorbij de Stichtse brug komt Jeffrey ons tegemoet. Hij heeft samen met Jan de ronde van Almere gevaren en voelt zich goed genoeg om de laatste 8 km met ons mee te varen.

Schuurplekken

En zo eindigen we de Ronde van Flevoland in dezelfde groepssamenstelling als waar we mee begonnen zijn. Alle drie hebben we een goed gevoel over deze tocht, die gezien de lengte een uitdaging is geweest. Het is leuk en ook wel spannend om (wild) te kamperen. Alle vijf willen we meer van dergelijke kampeertochten varen. We hebben geleerd dat ‘s morgens vroeg starten een positieve invloed heeft op de gehele dag. Het dragen van lange mouwen is natuurlijk veel beter dan je laten verbranden in de zon. Daarbij komt dat je de mouwen kunt nat maken ter afkoeling. Regelmatig eten en drinken is essentieel om zo’n lange tocht te volbrengen. Een vast schema geeft structuur aan een lange dag varen. Ik heb schuurplekken op mijn rug en ga mijn zitje aanpassen. Niemand heeft spijt van deze tocht. Het is leuk om te doen, als kajakken je hobby is. En het nodigt uit voor een volgende tocht.