Ellemeeting
Twee keer peer jaar organiseert de NZKV een weekend zeekanovaren in Ellemeet. Ongeveer 50 zeekanoërs verzamelen zich op een camping om in groepjes zeekanovaardigheden te oefenen, als voorbereiding op kampen zoals Vlieland en Noorderhaaks, of gewoon om de vaardigheden op peil te houden. In September 2021 besloten Linde, Jeffrey, Jan, Arie en Jeroen als afvaardiging van Aquavite Ellemeet maar eens onveilig maken. Verslag door Jeffrey.
Na aankomst op de camping vrijdagavond worden we in groepen ingedeeld. Linde komt op de KVT (kanoveiligheidstest)groep, ik (Jeffrey) en Jan bij een ZV (zeevaardigheid) groep, Arie bij een ZV-groep voor gevorderden en tot slot Jeroen bij de Bijzondere Verrichtingen, oftewel zeevaardigheid extra. De verschillende groepjes zonderen zich af en binnen de groepjes maakt iedereen kennis met elkaar. Mijn groep kletst een stuk weg – de sfeer zit erin, en we spreken af om 9 uur de volgende ochtend te vertrekken naar het strand.
Dag 1
De voorspellingen voor de eerste dag zijn vrij mild. Aflandige wind 3 a 4, die pas later naar het noorden draait. Bij de aankondiging klinkt wat teleurstelling. Alleen het groepje van mij en Jan gaat brandingvaren bij een zandbank omdat er nog wat deining is van vorige dagen. De rest richt zich in eerste instantie op reddingen.
Het blijkt dus dat je prima een hele dag kan vermaken met mindere branding en daar van moe kan worden. Ik oefen in het begin vooral eskimonteren in de golven en probeer een beetje vertrouwd te raken met mijn boot. Ik heb nog niet eerder in een boot met roertje op zee gevaren. Ondertussen gaat de groep los op de golven en zijn er verschillende mensen die onvrijwillig een natte neus halen. Na een pauze op het uiterste noorden van de Aardappelbult (overigens de enige plek waar aanlanden toegestaan is) gaan we zijwaarts varen door de branding. Na dat dit ook goed gegaan is gaan we voor een 2e pauze op het strand. Men is moe.
Het is ondertussen hoogwater geworden en op de platen staan nu wat leukere golven. Als we weer het water ingaan probeer ik direct op een grote golf te surfen maar ga om. Rollen lukt niet direct en ik stap uit. Ik zie het roertje van mijn boot naast mij en mijn boot drijven. Shit.
Al snel zijn er meer van de groep ter plekke. De eerste redding lukt niet, we zitten nog in de branding. En de snoertjes van mijn roer zitten flink in de war. Ondertussen gaat ook een van de redders om en moeten er simultaan twee reddingen uitgevoerd worden. Ik beland via Jan’s achterdek weer in de buurt van mijn boot en probeer vanuit het water het roertje weer te bevestigen. Dit blijkt best pittig. Uiteindelijk lukt het me mijn roertje weer vast te maken en raak ik weer in mijn boot. We zijn door de stroming ondertussen een kilometer noordelijker gedreven.
Nu zijn de kabels van het roertje zo uitgerekt dat de boot niet bestuurbaar is. Ik ga nog een keer door de branding heen en voeg me bij de rest van de groep. Er zijn nog een paar mensen die om zijn gegaan en nog hun weg niet teruggevonden hebben naar de kuip van hun boot en we besluiten het maar even rustig aan te doen. Vanaf dat moment doen we alleen nog maar wat oefeningen vlak voor de kust.
Arie’s groep heeft ook nog even kort branding kunnen varen, maar ze moesten al snel terug naar hun startpunt. Wel heeft hij een stukje langer kunnen varen. Jeroen blijkt tot zijn eigen ongenoegen vooral oefeningen hebben moeten doen op saai water. Linde heeft goed nieuws: ze heeft al de helft van haar KVT kunnen doen. In haar groep had iemand gekneusde ribben en deze moest terug naar het strand gesleept worden. De oefening die ze daarvoor hadden gehad kon daarmee direct in praktijk worden gebracht.
Helaas is er die avond niet iets van een avondprogramma, dus iedereen kletst in kleine groepjes op de camping tot het bedtijd is.
Dag 2
De tweede dag is er al helemaal geen wind meer. Ik ga met Jan varen op de Oosterschelde, maar een lang tochtje zit er niet in. Slechts 13 kilometer wordt er geregistreerd op mijn smartwatch en we doen voornamelijk wat sleep- en tochtplanoefeningen. In de baai waar we zitten liggen een paar half gezonken Caissons van de Oosterscheldekering, waar we ook per zeekano door kunnen varen. Dit is best gaaf om doorheen te varen, want de roestige bouwsels zitten onder de oesters. We sluiten af met wat natte oefeningen.
Als we weer bij de camping komen blijken veel tenten al weer weg. Waarschijnlijk is het allemaal wat afstandelijker dan normaal vanwege de Coronapandemie. Dit geeft het een beetje treurig gevoel. Toch gaan we voldaan naar huis, Linde met haar kersverse KVT op zak.