‘We worden overstelpt door vogelgeluiden’
“U weet dat er een buienfront nadert met slecht zicht en veel regen en wind?” Dat weten wij, maar volgens de voorspellingen zou dit pas later op de dag in het noordoosten van ons land passeren. ”In Amsterdam hoost het al”. Het maakt je toch wat onzeker als je halverwege Lelystad en de Markerwadden door mensen van de KNRM in hun boot wordt aangesproken. Zij kijken waarderend naar onze uitrusting: iedereen een kompas, zwemvest, spatzeil en als alarmering een vuurpijl. “Goed blijven opletten!” Dat beloven wij alle vijf: Ellen, Hans, Jan, Ton en ik.

Eindelijk, op 14 juni, is het dan zover: de Markerwaddentocht, die dit jaar al twee keer was uitgesteld vanwege te veel wind. Die ervaring hebben we van vorig jaar: als de voorspelde windkracht bijvoorbeeld 4 bft is, tel er dan in het gebied rond de Markerwadden maar tenminste 1 bft bij op. Ook de golven zijn in het noordelijk deel van het Markermeer hoger en ruwer dan bijvoorbeeld in de buurt van Marken. Wij kiezen als opstappunt voor de tocht een ponton, dat aan de Oostvaardersdijk aan de zuidkant van de Bataviahaven van Lelystad ligt. Het toekomstige opstappunt aan de Hoekipadijk is nog niet gereed, mogelijk in juli wel. Dan gaan we deze plek delen met (kite)surfers. De afstand tot de Markerwadden is vanaf het ponton 9.5 km en van het toekomstige opstappunt 7,5 km.
Alleen maar water om ons heen
Het is nevelig en er is weinig wind uit het noordwesten. De Markerwadden zijn niet in zicht. We varen een kompaskoers van 330o . We genieten van het feit, dat we alleen maar water om ons heen zien. Ook de zendmast van Lelystad is niet meer in zicht. Dan hebben we de ontmoeting met de boot met bemanning van de KNRM. Gewaarschuwd gaan we verder. In de verte zien we een baggerschip van Boskalis en langzaamaan zien we de zandduinen van de Markerwadden verschijnen. We komen in het verboden gebied dat met gele betonning is gemarkeerd. We verleggen de koers naar 320o en varen door tot voorbij de haveningang.
Langzaamaan zien we de zandduinen van de Markerwadden verschijnen
Overladen met informatie
We leggen de kajaks op het strand juist voorbij het gebouw van het nieuwe restaurant. Vervolgens melden we ons bij de loods van Natuurmonumenten, waar we te horen krijgen dat we niet meer mogen aanleggen op het strand, maar gebruik moeten maken van een strandje in de havenkom. Omdat er vanwege de coronamaatregelen op dit moment weinig bezoekers zijn, mogen we de kajaks laten liggen. We worden na betaling van € 4,20 per persoon door de medewerker van Natuurmonumenten overladen met informatie, wat er op dit moment te zien en te horen is aan vogelleven op het eiland. Eerst maar lunchen op het terras van het nog niet geopende restaurant. Vervolgens gaan we naar de uitkijktoren om een indruk te krijgen van het gebied. We zien uitgebreide velden met riet en moerasdistel met tussendoor waterpartijen en verderop dijken, waartussen nieuw slib in de nabije toekomst moet worden gedeponeerd.

Dit slib is afkomstig uit de diepe sleuven die in het Markermeer zijn gegraven en waarin het zich langzaam heeft verzameld. Hierdoor wordt het water van het Markermeer helderder, er ontstaat meer plantengroei, waardoor toename van de visstand. Het slib wordt vervolgens in een drietal opvangbekkens opgeslagen, vanwaar het wordt verspreid tussen de dijken die in het gebied zijn aangelegd. Hier ontstaat dan weer nieuw moeras. Het geheel wordt aan de zuidkant beschermd door opgespoten zand dat de vorm en hoogte heeft van duingebied met recent geplant helmgras. Alles ziet er nieuw uit.
We zien een paar bergeenden met wel vijftien jongen
We worden tijdens de rondwandeling overstelpt door vogelgeluiden. Er vliegen veel kluten om ons heen met hun lange poten en gekromde snavel. We zien een paar bergeenden met wel vijftien jongen, die zo klein zijn dat je ze haast niet kunt zien tussen de golfjes. Meeuwen en sterns vliegen om en langs ons heen. Hans hoort het geluid van een waterral en ook de tureluur wordt gespot. We zien vier lepelaars, maar het beloofde baardmannetje krijgen we niet te zien. Wel meerdere ruiters en allerlei vogels die de meesten van ons niet kennen. Indrukwekkend. Allemaal hebben we de gedachte, dat je hier niet zomaar een wandeling zou moeten maken, maar een langere tijd zou moeten blijven. Maar een camping komt er dit jaar nog niet. Wel zijn er huisjes te huur.
De wind trekt aan
Met de waarschuwing van de KNRM in gedachte gaan we na bijna twee uur weer terug naar de kajaks. De wind is wat aangetrokken en gedraaid naar het westen. Er zijn donkere wolken om ons heen en we lezen op onze smartphones dat er op meerdere plaatsen in Nederland hoosbuien zijn geweest of nog gaande zijn. Er valt een spatje regen. We koersen langs de kust van de Markerwadden richting Lelystad. De zendmast is wat wazig, maar goed te zien. De golven, die van rechts achter en opzij komen, worden hoger en breken soms. We blijven bij elkaar. Dit geeft de beleving dat we op zee varen, maar we missen het zout op de lippen, volgens Ellen. De wolken verliezen langzaam hun dreigende vormen. Met een mooie snelheid en af en toe een lage steun gaan we richting Lelystad. Het kunstwerk Exposure van de hurkende man op de Hoekipadijk komt steeds duidelijker in beeld, waardoor we weer op zicht kunnen varen. De wind is inmiddels aangetrokken tot 4 bft. Gelukkig zien we nergens onweerswolken om ons heen en de hoosbuien, waarvoor was gewaarschuwd, blijven uit. Alles gaat precies volgens de voorspellingen, die we tevoren hadden gelezen op Windguru in de gebieden Markermeer, Lelystad-haven en IJsselmeer-zuid.
Tevreden leggen we aan bij het ponton met de gedachte om te zijner tijd terug te gaan en dan te vertrekken van het strand aan de Hoekipadijk. Want we gaan zeker terug naar het bijzondere gebied van de zich langzaam uitbreidende Markerwadden.

Redactie: inmiddels is er een loods in vlammen opgegaan en zal de brandveiligheid op zo’n verlaten eiland opnieuw moeten worden bekeken; sinds 16 juli is het Bataviastrand aan de Hoekipadijk in Lelystad opengesteld, waar vandaan middels een vaartocht van 7,5 km naar de Markerwadden kan worden gevaren.
Tekst en foto’s: Leen Braber